Scholenbouwfeuilleton #3: Aan de slag met de Transitieatlas – Architectuur Lokaal

nieuwsbericht | juni 6, 2023

Henkjan Kok

Is Peter Meijboom, zie hier voor deel 2 van de feuilleton, na oplevering van de brede school Houthaven al weer druk met de bouw van een compleet nieuwe school in Amsterdam, aan de andere kant van het land, in de Achterhoek, zijn er juist te veel scholen.

En Gelderland is niet de enige provincie waar het leerlingenaantal daalt, ook in Noordoost Groningen, Oost-Drenthe, Zeeuws-Vlaanderen en delen van Limburg en Friesland zorgen demografische ontwikkelingen als bevolkingsdaling, ontgroening en vergrijzing voor minder leerlingen. Om de krimp in de Achterhoek ’aan te pakken’ heeft de provincie Gelderland geld geïnvesteerd in een procesbegeleider krimp. Henkjan Kok, die sinds 2012 deze functie bekleedt, legt uit.

Wat is een aanvaardbare afstand tot een basisschool? Is een basisschool noodzakelijk voor de leefbaarheid van een dorp? Wat is een acceptabele opheffingsnorm voor een basisschool? Moet er een basisschool in het eigen dorp blijven, of mag het ook staan in een naburig dorp? Wat is de gewenste maximum hoeveelheid gecombineerde groepen per klas? Wat is de meest kansrijke manier om een leegstaand of vrijkomend schoolgebouw te herbestemmen? Om al dit soort vragen te beantwoorden en de uitkomsten vervolgens ook daadwerkelijk terug te zien in de beleidskeuzes van gemeenten, wordt in de Achterhoek de zogenaamde Transitieatlas ingezet.

De Transitieatlas De atlas, voluit ’Transitieatlas Primair Onderwijs’ (februari 2014) is in opdracht van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koningsrelaties (BZK) door onderzoeksbureau Public Result opgesteld om de kansen en de dilemma’s van het basisonderwijs in relatie tot de demografische ontwikkelingen in beeld te brengen. Aan de hand van kaarten worden verschillende toekomstscenario’s weergegeven. Deze scenario’s zijn gebaseerd op gegevens van onder meer het Centraal Bureau voor de Statistiek, het Planbureau voor de Leefomgeving, regionale prognoses, vierkante meters vastgoed en ruimtebehoefte en toekomstplannen van de gemeenten. (1)

Volgens Henkjan Kok is de atlas een goed instrument om de discussie over de kwaliteit en de bereikbaarheid van het basisonderwijs op gang te brengen. Hij organiseert interactieve bijeenkomsten waar ambtenaren, wethouders, raadsleden, schoolbestuurders en vertegenwoordigers van het rijk en provincie verschillende vragen voorgeschoteld krijgen. ”Door de inzet van stemkastjes, kunnen de resultaten meteen worden getoond. De uitkomsten worden vervolgens verwerkt in een scenario dat voldoet aan de criteria die door de aanwezigen zijn gekozen.”

Leefbaarheid
Volgens Kok maken ”de kaartbeelden in de atlas de consequenties van bepaalde keuzes voor herverdeling inzichtelijk. Zo kun je heel duidelijk zien dat als de ondergrens van 75 leerlingen per school wordt gehanteerd, dit voor bepaalde delen van de regio witte vlekken oplevert, waardoor de leefbaarheid in het geding komt. Omdat dit ongewenst wordt gevonden, is het soms beter om scholen met 50 leerlingen toch in stand te houden. Het gaat bij krimp dus niet alleen om fuseren, zoals zoveel mensen denken. Het gaat om de leefbaarheid. Een relatief kleine school is soms binnen een kern de enige basisvoorziening en deze wil je dan handhaven”, aldus Kok. ”Het blijft maatwerk. Groot is niet altijd het passende antwoord, klein ook niet. Het gaat om goede verdeling voor een gebied. Door de atlas kijk je ook breder naar de samenhang van verschillende voorzieningen. Scholen kunnen functies van bijvoorbeeld niet rendabele dorpshuizen overnemen. Tevens kan besloten worden om een school open te houden, omdat anders het gymlokaal in de buurt, waar de school overdag gebruik van maakt, ook dicht moet. De ruimtelijke kwaliteit van onderwijsgebouwen weegt mee. Hierbij speelt de beeldbepalende waarde van het gebouw een rol, maar ook de duurzaamheid (het energieverbruik) en of de school voor andere doeleinden is te gebruiken.”

Samen Kok is regisseur van het gehele proces. Samen met gemeenten en schoolbestuurders van het primair onderwijs kijkt hij naar de situatie in 2030. ”Het liefste praat ik met iedereen tegelijk. Vertrouwen en transparantie zijn de bouwstenen om echt iets voor elkaar te krijgen. Het verschaffen van goede informatie over de mogelijkheden is cruciaal. Soms denken mensen dat niets kan en is er van alles eigenlijk mogelijk; soms willen mensen van alles en blijkt veel niet te kunnen.” Volgens Kok hebben veel gemeenten ook niet meer de benodigde kennis in huis. ”Dit is echter logisch, want het blijft complex, omdat veel zaken ook met elkaar samen hangen.” Als geslaagd voorbeeld van samenwerking noemt Kok de aanleg van een veilige oversteek in de provinciale weg van Doetinchem naar Zevenaar. ”In Nieuw-Wehl moest een school sluiten, maar ouders maakten zich erge zorgen over de fietsroute naar de nieuwe school. De ligging van een provinciale weg tussen Nieuw-Wehl en Wehl maakt dat de nieuwe schoolroute gevaarlijk is. Op initiatief van de school is in samenwerking met verkeersouders en de gemeente de provincie benaderd. De provincie gaat nu, als onderdeel van het reguliere onderhoud, een veilige oversteek bewerkstelligen.” Voor Kok het bewijs dat als ”een ieder op zijn eigen domein blijft, je niets voor elkaar krijgt”.

„Mijn rol is het, op het juiste moment, organiseren van de samenwerking. En in deze rol spreek ik met iedereen, van bewoners tot bestuurders en ook regelmatig met de beleidsambtenaren van OCW en BZK. Dit laatste ministerie is nauw betrokken en zorgt voor uitwisseling met de andere regio’s.”

Regionale aanpak
Kok heeft inmiddels samen met gemeenten acht interactieve bijeenkomsten georganiseerd. ”De eerste conclusies zijn onder meer dat een school van 75 leerlingen wordt gezien als een redelijke omvang, dat veilige fietsroutes bijdragen aan de acceptatie van grotere afstanden en dat optimalisering leidt tot grote voordelen voor schoolbesturen en tot grote investeringsdruk voor gemeenten. De resultaten zijn gebruikt voor gemeentelijke vlekkenplannen waarin de aanpak voor de eerst komende jaren is beschreven. Tevens worden de uitkomsten meegenomen in het traject Kernenfoto’s dat nu in de Achterhoek wordt uitgevoerd. Deze informatie wordt gebruikt als onderlegger voor het opstellen van een regionale aanpak van de ontgroening voor de Achterhoek, waarbij niet alleen wordt gekeken naar het onderwijs, maar ook naar de mogelijke andere voorzieningen, zoals sporthallen, sportvelden, maatschappelijk onroerend goed en zorg.”

Op de vraag wanneer hij tevreden is, antwoord Kok stellig. ”Als we in 2030 constateren dat het gelukt is om een mooie basisinfrastructuur voor kwalitatief goed en bereikbaar onderwijs overeind hebben weten te houden voor de middellange termijn.”

– Kirsten Schipper

Noten

  1. De Transitieatlas wordt ook door de regio’s Midden- en Zuid Limburg en Noord-Oost Friesland ingezet.

Links