Nederlands-Spaanse denktank zelfredzaam vastgoed groot succes – Architectuur Lokaal

nieuwsbericht | januari 21, 2022

Slideshow


INSIDE/OUTSIDE THE SYSTEM

Valldaura Principles helpen bij het ontwerpen van metabolismen in de stad

De Pier in Scheveningen, IJburg 2 en de openbare ruimte van Sloterdijk zijn de drie projecten die tijdens de Jaula de los Elefantes zijn verrijkt met modellen voor zelfredzaamheid. Het Paviljoen van Studio Valkenier werd een gebouwtje met een volledig gesloten kringloop. De Pier, een lastige, zocht zijn weg tussen de mazen van publieke en openbare ruimte. En IJburg werd een regionaal slow-growth pionierproject. ‘The Jaula de los Elefantes-experience and the atmosphere of this  kind of Think Tank have been an important and rich experience for IAAC. Your positive and rich way of sharing  formats is absolutely amazing. Let this be the start of many new projects and collaborations!’, zei Manuel Gausa (dean van IAAC).

In landgoed Valldaura draait alles om zelfredzaamheid, niet te verwarren met autarkie. Op Valldaura wordt het regenwater opgevangen, wordt gestookt in open haarden, komt het voedsel van het veld en worden producten gemaakt in het Fablab in de kelder. Op dit moment is Valldaura niet volledig zelfvoorzienend: het landgoed is bijvoorbeeld ook aangesloten op het electriciteit- en waternetwerk. Maar dat is ook niet het streven. De vraag is hoe we als ontwerpers meer controle kunnen krijgen over onze energiebehoefte, de voedselkringloop en het produceren van goederen. Dat was dan ook één van de belangrijke drijfveren van het IAAC (Institute for Advanced Architecture of Catalonia) om Valldaura met private middelen aan te kopen als laboratorium voor zelfredzaamheidonderzoek.

Tijdens de vierdaagse workshop rond drie projecten waar de deelnemers in de praktijk daadwerkelijk mee bezig zijn, kwamen interessante vragen aan de orde:  Hoe sluiten we de kringloop in een stedelijke context? Hoe kan zelfredzaamheid een politiek instrument worden? Wat zijn de morele implicaties van zelfredzaamheid? En op welke schaal moeten we investeren om zelfredzame gemeenschappen te creëren?

In Sloterdijk bleek het nog niet eenvoudig om de schakel van afval naar nieuw leven te vinden. Hoe kan de cirkel van water, energie, voedsel en afval volledig worden gesloten in stedelijk gebied?  Voor de Pier in Scheveningen is diepgaande betrokkenheid van particulieren noodzakelijk om hem te behouden. Maar hoe kun je hen verleiden als de Pier niet betreden kan worden? En op welke manier kan zelforganisatie een middel worden om het gemeentebestuur tot betrokkenheid te brengen? Op de stedenbouwkundige schaal van IJburg werd lang gediscussieerd over de mate van voorinvesteringen die je zou willen doen. Een vorm van zelfredzaamheid is immers ook dat je geen schuld opbouwt. Niet aan de banken (financiële investering), niet aan de aarde (lichte ingrepen die bijdragen aan het bestaande ecosystem in plaats van daarop in te teren) en niet aan mensen (bezit delen). En als zo’n langzaam groeiend eiland bestaat, hoe zorg je dan dat het een open gemeenschap blijft en dat het geen gated community wordt?

De Nederlandse manier van innoveren binnen bestaande systemen (mogelijk door een niet-hiërarchische samenleving) leidt tot een voor de Spanjaarden verleidelijk pragmatisme. Tegelijkertijd leren de Nederlanders van de autonome instelling (de enige uitweg als machthebbers niet te bereiken zijn) van de Spanjaarden om niet te snel compromissen te sluiten. De kruisbestuiving van ideeën en benaderingen leidden tot concrete aanpassingen aan de meegebrachte projecten, waaraan door de Nederlandse en Spaanse deelnemers met vereende krachten werd gewerkt. Zo ontdekten we dat, om de Valldaura Principles te kunnen toepassen in een Nederlandse context, oude rolpatronen van ontwikkelaars en architecten terzijde moesten worden geschoven. Werken buiten de gevestigde systemen levert dus nieuwe modellen op. Werken binnen het system zorgt voor een schaalvergroting die op eigen kracht niet mogelijk is, ondervonden de Spaanse professionals. Gelukkig hoeven alle nieuwe strategieën niet per ommegaande te functioneren. ‘The process of self-sufficiency is a long one, but we can start with 20 or 30 per cent and slowly work our way upward’, sloot Vicente Guallart, stadsarchitect van Barcelona, de sessies af.

De Olifantenkooi is een netwerk van jonge professionals in de bouwwereld. In deze Jaula de los Elefantes onderzoeken zij samen met Spaanse collega’s nieuwe mogelijkheden voor de aanpak van leegstaand vastgoed. De mentoren waren Ana Martinez (coördinator Valldaura), Rodrigo Rubio (IAAC), Leo Versteijlen (SITE urban development) en Carolien Ligtenberg (Bureau Zwirt). Deelnemers waren Barbara Asselbergs (Designarbeid), Michiel Bakkum (Royal Haskoning), Sander Breider (ABC Nova), Ana Fernandez (Estudio KAW 2), Sander Hazevoet (Vitibuck architecten), Simon de Jong (Spacefirm), Elies Koot (Volker Wessel), Wouter Valkenier (Studio Valkenier) en Francisco Javier Romeo Varo (Studio Romero/Bonifaci). Visiting critics en lezingen: Rob Dubois (architect), Manuel Gausa (IAAC), Vicente Furio Guallart (stadsarchitect Barcelona), Sander Laudy (journalist A10 new European architecture), Ethel Baraona Pohl (dpr-barcelona), Eduardo Gutiérrez Juárez (phd Universitat Politècnica de Catalunya) en Joan Maroto (phd Universitat Politècnica de Catalunya).

De Olifantenkooi is een project van Architectuur Lokaal dat mede mogelijk is met een bijdrage van het Stimuleringsfonds Creatieve Industrie en de Nederlandse ambassade in Spanje.